GAE Blog

Het aardige van vliegen is dat je ook aan een soort acheologie vanuit de lucht kan gaan doen tijdens het vliegen.
Zo kwam ik er van de zomer achter dat er tussen St.Florentin en Auxerre een spoorlijn heeft gelopen. De route was globaal: St Florentin, Verginy, dan het Gare de cheu! Wat er inderdaad nog staat, dan evenwijdig aan de huidige TGV vlak bij het militaire camp onder de TGV door naar Pontigny met restant station en door het landschap slingerend tussen de dorpjes Rouvray en Hery door verder door een groot bostraject naar Moneteau een voorstad van Auxerre. Het bleek een oude spoormaatschappij te zijn de z.g. PLM (= Paris, Lyon, Marseille). In het afgelopen herfstkamp wegens de regen maar eens de route met de auto gereden en diverse oude stationnetjes en spoorwegovergangen met restanten rails terug gevonden. Via google maps kun je zelfs nog aftakkingen vinden naar 2 militaire campen vlak ten zuiden van Cheu. Het ene kamp bestaat nog en is duideijk vanuit de lucht vanuit Cheu te zien het andere kamp ligt vervallen daar ca. 1-2 km zuidelijker van.
Beide kampen hadden hun eigen spoorlijnvoorziening als aftakking van de lijn St Forentin Auxerre. Zie evt: http://fr.wikipedia.org/wiki/Ligne_de_Saint-Florentin_-_Vergigny_%C3%A0_Mon%C3%A9teau_-_Gurgy
en het gare de Cheu: http://commons.wikimedia.org/wiki/File:PK_5,9.JPG

Best wel grappig dat je de structuren met wat zoeken op 2000m nog steeds kan terugvinden.

Jan de Hulster

Harry,

Die ervaring zal je delen met veel vliegers.

De volgende verklaring is aan de werktafel ontstaan en mag gerust ‘theorie omwille van de theorie’ worden genoemd.

Eens in de grijze oudheid, toen je voor het examen les in meteorologie kreeg van Æmilie, leerde je dat de zon een hoeveelheid energie levert van 1,4 kW/m2.

Maar alleen in de tropen om precies 12.00 uur LT en bij droge lucht en een geheel blauwe lucht.

Zodra de zon een lagere stand heeft en de lucht, of liever gezegd de daarin aanwezige waterdampdeeltjes, het aardoppervlak afschermt daalt die energiestroom af naar, laten we eens aannemen, 25% van de maximale waarde: 0,35 kW/m2. Het gaat om de redenatie, niet om de juistheid van de getallen.

Tijdens de start verbruikt de lier ongeveer 1 liter dieselolie. Ook hier geldt: het gaat niet om het exacte getal, dat is ook nog eens afhankelijk van de windsterkte, de temperatuur en de vaardigheid van de lierist.

De calorische waarde van een liter dieselolie is ongeveer 12 kWh. Dat betekent dat de lier een vermogen verbruikt in die ene minuut van ongeveer 720 kW.

Laat nu eens de helft zijn omgezet in trekkracht in de kabel, ook maar een aanname, dan is de rest vrijgekomen in de vorm van warmte: wel 360 kW! Dat is 1000x zoveel, de motor van de lier is ongeveer 1 m2, als de zonneenergie die op diezelfde meter valt.

Anders geredeneerd: een thermiekbel ter grootte van een cirkel met een middellijn pikt de energie op van een gelijkvormig gebied op het aardoppervlak 0,35 x π x 50² = ongeveer 2500 kW.

Wat de lier aan energie levert is in verhouding eigenlijk heel substantieel Bovendien weet je zeker dat je die bel warme lucht tegenkomt! De vraag is alleen waar.

Waait het meer dan alleen dat prettige zuchtje dan ontmoet je die bel in de fase van de klimstand en heb je er niets aan.

Maar bij dat spreekwoordelijk zuchtje kom je in terecht aan het eind van de start. Bingo. Even draaien, niet naar de radio luisteren (dit heb ik niet gezegd….) en weg is Harry en alle andere Harry’s.

Het drukverschil over de 400 meter hoogtewinst van een slordige 50 hP zal overigens ook meehelpen aan doen opstijgen van de warme lucht van de motor, de uitlaatgassen (waar je dus ook in rondvliegt…) en wat er verder maar omhoog komt.

Rugier Timmer.

Ps. Verschijnt Thomesen’s These II, Thomesen’s These III enz. ook? RT.